Collectie-item

Borstbeeld van koning Willem II (1792-1849)

Instelling/bron: Stadsmuseum Tilburg

Gegoten gebronsd ijzeren borstbeeld (hoog 80 cm) van koning Willem II in generaalsuniform, met gekruiste maarschalk staven op de epauletten en een hoge kraag versierd met een eikenbladmotief. Voorts is hij voorzien van een aantal ereversierselen: de ster van de Militaire Willemsorde, waarvan hij tevens het grootlint ‘en écharpe’ draagt; recht daaronder zijn nog twee sterren aangebracht van Russische onderscheidingen; het kruis, waarvan een deel door het jaspand bedekt wordt, is waarschijnlijk dat van de Orde van St. George (de Engelse of Russische orde van die naam); tenslotte hangt, met een lint aan een jasknoop bevestigd, het Metalen Kruis. De buste rust op een basement. 

Het borstbeeld is op de achterzijde gesigneerd: ‘Corn.s Nolet Fundit Schiedam 1853’. Koning Willem II bezocht in 1846 de ijzergieterij van Antonius Nolet (1785-1861) aan de Buitenhavenweg in Schiedam. De Schiedamse Courant meldt op 5 februari 1852 dat de firma een hol gegoten ijzeren buste van de vorst naar een tentoonstelling in New York heeft verzonden. Na de dood van Antonius Nolet wordt zijn bedrijf voortgezet door zijn zonen Cornelis (die er al eerder werkte) en Arnoldus onder de naam fa. C. Nolet. De buste van de koning zou het enige bekende werk zijn van deze ijzergieterij. Gezien de datering van de inscriptie (1853) lijkt het waarschijnlijk dat deze buste een tweede exemplaar is van het model dat naar de tentoonstelling gezonden is, maar dan uitgevoerd in het duurzamer en waardiger brons. Waarschijnlijk is de buste vervaardigd naar de marmeren buste van de vorst afgebeeld op een schilderij van Anna Paulowna als weduwe, door J.A. Kruseman uit 1852 (Koninklijke Verzamelingen, Den Haag).  

De buste vertoont ook een treffende gelijkenis met de buste, voorkomend op een portret van oud-strijders van Waterloo, geschilderd door P.M. Slager in 1875 (Museum Slager, Den Bosch) en de gipsen buste van Louis Royer (1793-1868) in het Amsterdam Museum, een afgietsel van het marmeren beeld uit de Koninklijke Verzamelingen. 

Over de herkomst van het beeld is niets bekend. Het komt al voor in de catalogus van de Tentoonstelling Koning Willem II ter gelegenheid van de ingebruikneming van het Paleis-Raadhuis in 1936 (nr. 46). Het is dan eigendom van de gemeente Tilburg. 

Op een foto uit 1894 ter gelegenheid van het 25-jarig burgemeestersjubileum van J. Jansen, gemaakt in de versierde raadszaal van het oude stadhuis, staat het beeld afgebeeld, samen met dat van koning Willem III. Was het toen al in bezit van de gemeente Tilburg? Een jaar later, bij het bezoek van koningin Wilhelmina en koningin-regentes Emma stonden die beelden ook al opgesteld in het stadhuis. Blijkbaar werden alle koninklijke bustes door de museumcommissie van 1927 niet gezien als museale objecten, maar als stoffering van het stadhuis, want deze komen niet voor op de toen opgestelde lijst van voorwerpen. [RP]

Depot105