Collectie-item

Collectie producten N.V. Volt

Instelling/bron: Stadsmuseum Tilburg

Collectie bestaande uit ca. 750 verschillende producten die in de periode 1909-1999 zijn ontwikkeld en of vervaardigd door N.V. Volt. De N.V. Volt werd op 26 mei 1909 opgericht door vier ondernemers: F.J.J.B. Verbunt (wijnhandelaar te Tilburg), A.A.M. van den Biggelaar (fabrikant te Roosendaal), P. van den Biggelaar (fabrikant te Breda) en L.F. de Bakker (elektricien te Tilburg). Het doel van de N.V. was het fabriceren en verkopen van metaaldraadgloeilampen en onderdelen daarvan, niet alleen voor Nederland maar ook voor export. De eerste directeur werd De Bakker en gedelegeerd commissaris werd Verbunt. Kort daarna is de naam omgezet in Metaaldraadgloeilampenfabriek Volt. Het fabriekje begon in een oud pakhuis aan de Schoolstraat en op 7 juli 1909 werd een leegstaande looierij aan de Nieuwe Goirleseweg ingericht tot fabriek. Dit gedeelte van de Nieuwe Goirleseweg werd bij het 40-jarig bestaan van de N.V. Volt, op 29 juli 1949, omgedoopt tot Voltstraat. In het nieuwe pand werd begonnen met zestien mannelijke en twintig vrouwelijke werknemers. In 1912 werkten er al 183 mannen en vrouwen. In 1920 werden nagenoeg alle aandelen gekocht door Philips, en de naam werd gewijzigd in Metaaldraadlampenfabriek VOLT N.V. Omstreeks 1926 werd ook gestart met de vervaardiging van onderdelen voor elektrische apparaten. In 1929 werkten er al 1657 mensen bij de Volt. In 1961 werd een deel van de Volt ondergebracht in een gehuurd pand op het industrieterrein-Noord en in 1980 verhuisde het hele bedrijf naar het een nieuw gebouwd complex aan de Zevenheuvelenweg. Naast de twee vestigingen in Tilburg had het bedrijf ook vestigingen in Oosterhout (1951-1967) en in Turnhout (1955-1977). Het totaal aantal werknemers bedroeg in 1961 ruim 5000. In de jaren tachtig verslechtert de situatie van het bedrijf. Het aantal werknemers is dan teruggelopen tot 1.750. Philips komt met een overlevingsplan. In 1987 wordt het bedrijf gesplitst in vier units: KMT, WWC, machinefabriek PSA en Deflectie Units. Deze bedrijven worden successievelijk verplaatst en verdwijnen uit Tilburg, uitgezonderd KMT. In 1994 maakt het Japanse JST Europe bekend KMT te willen overnemen. Een aantal maanden later zeggen de Japanners onverwacht af, waarop Philips haar dochter weer terugneemt. In oktober 2000 verkoopt Philips KMT in Tilburg samen met Mecoma in Eindhoven aan het Maleisische CS Hui Holding, de investeringsmaatschappij van Key Tec in Sittard, en in augustus 2001 wordt Key Tec Tilburg opgeheven. De collectie bestaat uit: A. Productgroepen: - Regelbare condensatoren voor (entertainment) radio-ontvangers. Deze zijn bij Volt ontwikkeld en geproduceerd van 1927 t/m 1979. - Speciaal condensatoren; regelbare condensatoren voor zend- meet- regel- en militaire toepassing. Deze zijn ontwikkeld en geproduceerd van ca. 1935 tot 1989. Instelbare condensatoren worden vaak gebruikt als instrument om metingen te verrichten of om iets (automatisch)te regelen. - Trimmers (af-, bij- of instelcondensatoren); deze zijn ontwikkeld en geproduceerd van 1928 tot ca. 1981. In radio, televisie, telefonie en meetapparatuur werden en worden afgestemde kringen gebruikt om een bepaalde frequentie te versterken en andere ongewenste signalen niet. - Spoelen en inductieve correctiemiddelen. Deze zijn geproduceerd van 1928 tot 1999. Sinds 1985 was de ontwikkeling tevens in Tilburg gevestigd. - Transformatoren of trafo’s voor radio, televisie en tal van andere toepassingen. Deze zijn bij Volt afwisselend geproduceerd tussen 1928 en 1999. - Deflektiemiddelen of -units; ingewikkelde elektromagneten die, aangestuurd door tijd basisschakelingen, de televisiebeelden “schrijven”. Er zijn drie soorten te onderscheiden: Kleurendeflectie units voor zowel entertainment als monitor doeleinden; Deflectie-units voor televisie camera’s, elektronenmicroscopen en röntgenapparatuur; Deflectie-units voor monochroom of zwart-wit televisie- en monitordoeleinden. Deze zijn geproduceerd van respectievelijk 1962-1992, 1955-1999 en 1948-1985/9. - Hoogspanningstransformatoren te onderscheiden in: Line Output-transformatoren, meestal lijntrafo’s genoemd; Andere toepassingen waar zeer hoge spanningen nodig zijn. Deze zijn geproduceerd - afwisselend - in Tilburg 1949-1956, in Turnhout 1957-1972 en weer in Tilburg van 1972 tot 1999. Vanaf 1985 was de ontwikkeling ook gevestigd in Tilburg. - Hoogspanningsunits waar lijntrafo’s werden ingebouwd, bestemd voor televisieapparaat K7 (NTSC). - Licht: radiobuizen,knijpkatten en lampen etc. Volt is in 1909 opgericht als gloeilampenfabriek en heeft deze geproduceerd tot 1928. Omdat Voltlampen een goede naam hadden, werden die wereldwijd nog verkocht tot ca. 1970. Ze werden alleen niet bij Volt gemaakt maar in Noorwegen en Eindhoven en hooguit bij Volt gestempeld. Een verkoopkantoor in Den Haag werd door de toenmalige directie van Volt omstreeks 1970 uitgeschreven bij de Kamer van Koophandel. Behalve huis-, tuin-, en keukengloeilampen werden ook speciale-, mijn- en autolampen alsmede projectie- en kinolampen, vuurtoren- en schijnwerperlampen,  kerstboomverlichting, illuminatielampen neon enz. geproduceerd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog en enkele jaren daarna werden nog knijpkatten (handdynamo’s) en fietsachterlichten geproduceerd. In 1925 werd gestart met de productie van radiobuizen, gelijkrichtbuizen, gelijkrichtapparaten voor radio, en röntgenbuizen. Radiobuizen heeft men gemaakt tot in 1949. Producten van de afdeling Metaalwaren, later genaamd Onderdelen en laatstelijk Kunststoffen en Metaalwaren Tilburg: KMT. De afdeling metaalwaren is opgericht in 1929 en heeft Volt overleefd. Enkele jaren voor Volt gesloten werd (1999) is de afdeling overgenomen door Philips die ze weer doorverkocht aan de firmaKey Tec. Die heeft nog een aantal jaren op het Voltcomplex geproduceerd en is ca. 2005 naar Eindhoven verhuisd. Aanvankelijk werd gestart met louter metalen onderdelen. Rond 1955 kwamen kunststoffen in zwang waarbij ze vanaf het begin al vaak metalen werden samengevoegd. Het aantal verschillende producten dat in de loop der tijden werd vervaardigd, moet in de tientallen duizenden belopen. Zeer vaak werden van één product miljoenen stuks vervaardigd. Tot ca. 1988 werd uitsluitend voor Volt en of Philips geproduceerd. Vanaf toen ging men met succes de ‘derden markt’ bewerken. Men had vooral klanten bij de autoindustrie. Men kan in hoofdzaak drie soorten producten onderscheiden: - Extrusie producten. - Kunststof spuit- en of persproducten. - Stans- en buigproducten van metaal. - Televisie- afstemeenheden, kanalenkiezers of tuners. Een tuner heeft in feite eenzelfde functie in een televisietoestel als een afstemcondensator in een radio. Men stemt er mee af op een bepaalde zender. Het is dus min of meer een selectiepoortje. Echter, er wordt niet alleen een geluidssignaal geselecteerd en doorgegeven maar ook een beeldsignaal (bij kleurentelevisie zelfs drie, rood groen en blauw). Die worden in het toestel weer gemengd tot natuurlijke kleuren. Aanvankelijk gebeurde het selecteren met een soort arret carrousel waarin per kanaal een of meerdere zgn. broodjesspoelen waren gemonteerd. De basis hiervan had de kleur en min of meer de vorm van een broodje. Voor elk kanaal was het broodje ‘belegd’ met die elektronica, nodig om dat bepaalde kanaal te kunnen selecteren. Deze methode werd toegepast van 1949 tot 1959. Het aantal kanalen was niet groot en varieerde van 4 tot maximaal 13. De gebruikte frequentie was de zgn. VHF (Very High Frequent)band. Met de komst van UHF (Ultra Hoge Frequentie) in 1959 steeg het aantal kanalen tot grote hoogte. Men had behoefte aan fijn afstemming in een compacte ruimte. Men koos toen voor de mechanische draaicondensator waar Volt zeer veel ervaring mee had door middel van radiotoepassing. Rond 1969 deed de varicap zijn intrede. Die is vergelijkbaar met een condensator doch varieert van capaciteit bij een variabele spanningstoevoer. Deze is ook tientallen malen kleiner. Men kon toen enorm verkleinen; veel stations ontvangen en men had nauwelijks of geen mechanische handelingen. Volt maakte tuners tot 1976. De productie ging daarna naar Kopenhagen. B. Gereedschappen: Dit collectieonderdeel bevat elektrische-, mechanische-, ijk-, weeg-, meet-, optische- en registratiegereedschappen. Soms gaat het om antieke gereedschappen. Er is ook een schaalmodel van een excenterpers zoals veelvuldig gebruikt in de afd. Metaalwaren, later K.M.T. C. Reclameartikelen: Deze objecten zijn bij de rubriek ‘lampen’ ondergebracht omdat zij daarvan onlosmakelijk deel uitmaken, t.w. de reclameartikelen: Briefopener, potlood met Astropal lamp, potlood met normale gloeilamp, een geëmailleerd reclamebord Volt Tilburg met gloeilamp. D. Kunstwerken en geschenken: Onder andere een beeldje van meisje met twee duifjes, aangeboden door het personeel van Volt bij het 40-jarig jubileum in 1949 (huidige locatie Stadskantoor 1, bestuursvleugel). Hardhouten Volt Vonk. Aangeboden door het personeel van Volt aan Ir. Hoevenaars (directeur Volt) bij zijn afscheid in 1981. Dit is een verkleinde uitgave van de Volt Vonk die aanvankelijk stond aan de Zevenheuvelenweg. (Volt Noord) en is verplaatst naar het Transvaalplein na de sluiting van Volt. Beeldhouwer Herman Thijs (oud medewerker Volt); beeldje is ca. 50 cm hoog. E. Prijzen en onderscheidingen: Tilburgse ondernemersprijs 1990, gewonnen door Volt (afd. KMT). Kunstenaar Hessel Kikstra (huidige locatie: Dröge, kamer 105; zie SMT00165]. F. Documentatie: - Philips technisch tijdschrift. Ingebonden reeks 1936 t/m 1975. Hierin worden ook de uitvindingen beschreven die bij Volt in productie zijn geweest. - Personeelsmaandblad Volt Contact. Ingebonden reeks van 1947 tot 1992. [RP]