Collectie-item

Loden kistje, waarin twee penningen en twee boeken, afkomstig uit standbeeld koning Willem II, 1854

Instelling/bron: Stadsmuseum Tilburg

Kistje is ingemetseld geweest in het standbeeld van koning Willem II, respectievelijk in Den Haag in 1854 en in Tilburg op de Heuvel in 1924.
Na de dood van koning Willem II in 1849 werd hij niet vergeten. In dat jaar al werd een comité gevormd dat voor de oprichting van een monument ter herinnering aan de vorst, een prijsvraag uitschreef. Er kwamen twee inzendingen binnen, beide van de Utrechtse beeldhouwer E.F. Georges (1817-1895). In 1850 kreeg hij opdracht een van de ontwerpen uit te voeren. Eind 1851 was het model gereed, waarna het naar Parijs werd gezonden om het aldaar in brons te laten gieten. Op 23 maart 1854 werd het bijna 8,5 meter hoge monument voor het Buitenhof te ’s-Gravenhage onthuld. Dit was niet ver van het paleis Kneuterdijk, de plaats waar koning Willem II als hij in die stad was, resideerde.

Het voetstuk werd ontworpen door architect J. Cramer te ’s-Gravenhage en het omringende hek was een ontwerp van P.J.H. Cuypers. In het voetstuk werd een aantal voorwerpen in een loden kist ingemetseld: twee boeken over het leven van koning Willem II, een oorkonde en twee loden afdrukken van de in 1854 uitgegeven onthullingspenning. Bij  gelegenheid van deze onthulling werd door de Amsterdamse firma Gebr. Lurasco een 48 cm hoge bronzen replica uitgegeven. Een exemplaar hiervan bevindt zich in de Stadscollectie [SMT00011].

Lang heeft het standbeeld niet in ’s-Gravenhage gestaan. Rond 1920 werd er in de residentie een comité gevormd ter oprichting van een nieuw standbeeld. Dit zou uiteindelijk een bronzen replica van het ruiterstandbeeld van Willem II worden, dat de Parijse beeldhouwer Mercié in 1884 vervaardigde voor de Place Guillaume II te Luxemburg. Het oude beeld werd aan de gemeente Tilburg aangeboden en verkocht voor f 1000,- (exclusief ca. f 7000,- kosten voor demontage, vervoer en wederopbouw).
De plechtige onthulling op de Heuvel in Tilburg door H.M. koningin Wilhelmina, vond plaats op 26 september 1924. Enige maanden later werden in een nieuwe loden kist, zonder ceremonieel, de bij de afbraak in ’s-Gravenhage gevonden objecten met een nieuwe oorkonde in het voetstuk ingemetseld. Een tweede identieke oorkonde wordt bewaard in de Stadscollectie (SMT01018).


Op 23 april 1993 herhaalde zich de geschiedenis. Het beeld van de koning moest tijdelijk worden verwijderd in verband met de aanleg van een ondergrondse fietsenkelder op de Heuvel. Een grondige restauratie kon dan tegelijkertijd plaatsvinden. Met veel ceremonieel werd het beeld van zijn sokkel getakeld en pas op 3 april 1996 herplaatst door militairen van de inmiddels opgeheven Willem II-kazerne.
De loden kist met inhoud werden teruggevonden. Er zaten twee loden afgietsels in (respectievelijk voor- en keerzijde) van de bronzen of zilveren gedenkpenningpenning die ter gelegenheid van de onthulling van het monument in Den Haag in 1854 waren uitgegeven, beide zijn overigens aanwezig in de Stadscollectie [zie SMT00170, SMT00374 en SMT00375]. De twee boeken konden geïdentificeerd worden als de in die tijd belangrijkste biografieën over koning Willem II, namelijk: J.J. Abbink, Het leven van Koning Willem II, zijn overlijden en plegtige begrafenis (Amsterdam, Uitgever Weytingh & van der Haart, 1849) en Johannes Bosscha, Het leven van Willem den Tweede. Koning der Nederlanden en groot-hertog van Luxemburg (Amsterdam, Uitgever Van Gogh, 1852). Maar de kist was echter grotendeels door de inwerking van binnengedrongen vocht aangetast, de penningen waren gecorrodeerd en de boeken deels verpulverd. Terugplaatsen was geen optie. De kist werd naar het Gemeentearchief ter bewaring overgebracht.

Een moderne kist van plexiglas met CD-rom, waarop o.a. actuele gemeentelijke beleidsdocumenten en historische informatie waren gezet, werd samen met een lap-top door burgemeester mr. G.Ph. Brokx teruggeplaatst. Het gehele standbeeld kwam op een glazen console te staan, zodat deze zichtbaar werd vanuit de fietsenkelder. Het beeld is ook een halve slag gedraaid; de koning keek uit over het plein en niet meer naar de al vele jaren eerder vervallen rijweg. In 2009 werd het beeld wederom verplaatst. Dit keer naar de noordzijde van het heringerichte plein. [RP]