Collectie-item

Willem II, slag bij Waterloo, 18 juni 1815

Instelling/bron: Stadsmuseum Tilburg

Kroonprins Willem II (1792-1849), gewond geraakt in de slag bij Waterloo, wordt op een draagbaar weggedragen, 18 juni 1815.

Na in 1814 verbannen te zijn naar Elba, keerde Napoleon in maart 1815 naar Frankrijk terug. Hij installeerde zich daar opnieuw als keizer. Zijn oude vijanden konden dat niet aanvaarden en vormden de Zevende Coalitie om hem weer te verjagen. Engeland en Pruisen trokken grote legers samen in de zuidelijke Nederlanden om Frankrijk op 1 juli 1815 binnen te vallen. Napoleon besloot ze voor te zijn en trok op 14 juni de grens van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden over bij Charleroi. Hij hoopte de legers van Wellington en Blücher uiteen te drijven om ze apart te kunnen vernietigen maar dat mislukte grotendeels. Zijn linkervleugel werd op 16 juni door de Nederlanders opgehouden in de Slag bij Quatre-Bras. Hij bracht de Pruisen dezelfde dag met zijn rechtervleugel een nederlaag toe in de Slag bij Ligny maar die trokken zich naar het noorden terug om Wellington te blijven bijstaan. Napoleon achtervolgde het Engels-Nederlandse leger op 17 juni met zijn hoofdmacht en liet de Pruisen volgen door maarschalk Emmanuel de Grouchy. Wellington nam een verdedigende positie in op een heuvelrug ten zuiden van Waterloo in de hoop dat de Pruisen hem op tijd te hulp zouden schieten.

Na vertraagd te zijn door hevige regenval liet Napoleon op 18 juni tegen het middaguur de aanval openen. Een grote massa Franse infanterie viel de geallieerde linkervleugel aan en dreigde door te breken. Een flankaanval van Britse zware cavalerie dreef ze echter op de vlucht. Op dat moment arriveerden uit het oosten de eerste Pruisen, die Grouchy ontglipt waren. Grouchy kon zich niet meer op tijd bij de Franse hoofdmacht voegen die daardoor zwaar in de minderheid raakte. Napoleon liet zijn voornaamste infanteriereserve tegen de Pruisen opstellen. De Franse cavalerie moest alsnog de Britten verslaan. Die stelden zich echter op in verdedigende vierkanten en bezweken uiteindelijk niet onder de herhaalde charges. Napoleon beval zijn laatste reserves van de keizerlijke garde op te rukken in een wanhopige poging het tij te keren maar die werden verslagen door Nederlandse reserves. De Franse rechterflank bezweek onder de groeiende Pruisische overmacht en het Franse leger sloeg op de vlucht.

De slag tussen de geallieerde strijdkrachten onder het opperbevel van de hertog van Wellington, en de Franse strijdkrachten, bij het dorpje Mont-Saint-Jean (4 km ten zuiden van Waterloo), markeert het definitieve einde van Napoleons terugkeer op het politieke wereldtoneel.

Centraal afgebeeld, te paard, de hertog van Wellington, omgeven door leden van zijn staf. Het afvoeren van prins Willem is links op de voorgrond afgebeeld, waarachter Franse krijgsgevangenen en cavaleristen met buitgemaakte Franse vaandels. In het midden op de voorgrond gesneuvelde soldaten. Rechts op de voorgrond de verzorging van de gewonde Sir Delancy. Op de achtergrond legertroepen.
Onder de voorstelling de tekst: ‘VELDSLAG BIJ WATERLOO. 18 JUNY 1815.’

De litho (blad 33,1 x 42,9 cm) is een reproductie naar het veelbezongen schilderij van J.W. Pieneman. Van de vele versies, komt deze prent het meest overeen met de in de Atlas van Stolk onder nr. 6393-4 genoemde, echter met het hier genoemde adres (in plaats van dat van de Gebr. Koster). Daarmee is deze prent uit dezelfde reeks als de prent ‘DE OVERWINNING BIJ BAUTERSEM. AUG 1831’ (Atlas van Stolk nr. 7065-1). Ook bij deze prent worden twee mogelijke adressen vermeld. (Zie SMT00951). Vergelijk ook SMT01006. [RP]