Collectie-item

H. Sophia - Goddelijke Wijsheid

Instelling/bron: Museum Krona

Gezeten op een rijk, in goud uitgevoerde zetel met een kussen en omgeven door een dubbele mandorla richt zich de gekroonde en gevleugelde jonge Christus frontaal tot de beschouwer. Rechts en links van Hem staan de Moeder Gods en de H. Johannes de Doper ook de Voorloper genoemd. De Moeder Gods wordt niet als Voorspreekster weergegeven maar met een medaillon met daarin de voorstelling van Christus Emmanuël wiens geboorte uit een maagd door de profeten werd voorspeld. Johannes draagt in zijn tekst de gebedsrol met de woorden: ' Bekeert u, doet boete..'. Op de Sophia-icoon wordt Christus op vier manieren voorgesteld. Naast de hierboven beschreven Deësis toont de bovenste scène een verlaten troon symbolisch bedekt met het uitgetrokken kleed van Christus. Deze Christus, die Zijn troon verlaten heeft om mens te worden, wordt in de hemel aanbeden door zes knielende engelen. Onder de lege troon wordt de mensgeworden Christus als een zegende Christus Pantokrator binnen een mandorla weergegeven. Daaronder de zetelende Sophia als een engel met wijd geopende rode vleugels en gekleed als priester en vorst. Hij draagt een fel rood gewaad dat afgebiesd is met gouden randen. Hier vlamt de kracht van de H. Geest waarvan Hij vervult is.Op Zijn hoofd drukt een zware gouden kroon. Zijn voeten rusten op een rond suppedaneum. In Zijn rechterhand voert Hij een witte scepter, met Zijn linkerhand omklemt hij een gesloten wit schriftrolletje. Onder de gouden troon zijn nog zes van de zeven gestileerde zuilen zichtbaar. Zij verwijzen naar het boek Spreuken 9,11: " De Wijsheid heeft zich een huis gebouwd, zeven zuilen heeft zij voor zich uitgekapt ". Op de randen van de icoon zijn, meer bedoeld voor persoonlijke devotie en bescherming, nogmaals twee vrouwelijke heiligen aangebracht. Het zijn de martelaressen de HH Agapia en Irene.