Het Gelre-incident

De kroegrel tussen Brabanders en Geldersen in 's-Hertogenbosch. Houtgravure van A. Barbere van omstreeks 1880.

De kroegrel (Sint-Jansmisrel) tussen Brabanders en Geldersen in 's-Hertogenbosch. Houtgravure van A. Barbere van omstreeks 1880. (Erfgoed 's-Hertogenbosch)

Eeuwenlang bevochten Gelre en Brabant elkaar. Dan weer had Brabant de overhand, en dan weer Gelre. Zelfs als er vrede was, was deze wankel. Een klein vlammetje kon de boel zo in lichterlaaie zetten. Op 1 juli 1397 ontstond zo'n vonkje, en dat leidde tot een oorlog.

Op dat moment heerste er vrede, en Wouter van Overrijn (? - 1397) bevond zich in ’s-Hertogenbosch. Hij was een vertrouweling van de hertog van Gelre, ambstman van Zaltbommel en de Bommelerwaard, en slotvoogd van kasteel Ammersoyen. Dit kasteel ligt ongeveer negen kilometer ten noordwesten van ’s-Hertogenbosch, aan de overkant van de Maas. De reden van zijn bezoek is niet met zekerheid vast te stellen. Volgens een Luikse kroniek zou de Gelderse hertog spionnen hebben gestuurd, en het zou goed kunnen dat Van Overrijn zo'n spion was. 

Luidruchtige vermaken

Op 1 juli vierde de stad de Sint-Jansmis met "plechtige omgangen en luidruchtige vermaken" (J. Arend, 392). In een herberg ontstond er ruzie tussen Van Overrijn en een Bosschenaar, die al snel escaleerde. Omstanders mengden zich in het conflict, en Van Overrijn riep zijn landgenoten te hulp: "Gelre! Gelre!" Zijn oproep vond gehoor, en al snel ontstond er een handgemeen. Gewapend als hij was, stak Van Overrijn een dienaar van hertogin Johanna (1322-1406) dood. De Bosschenaren zinden op wraak en overvleugelden de Geldersen. Ze gooiden hen uit ramen en vingen hen op spiesen en zwaarden. Armen en benen werden afgehakt, en de Geldersen werden op wrede wijze vermoord. Van Overrijn wist aanvankelijk te ontkomen aan de volkswoede, maar werd gevangengenomen en uiteindelijk onthoofd.

Grote gevolgen

Het incident mondde uit in een conflict tussen de hertogdommen Gelre en Brabant. Van Overrijn stond in hoog aanzien bij de hertog van Gelre, die de gebeurtenis niet ongestraft kon laten. Hij eiste genoegdoening, maar hertogin Johanna vond zijn eisen buitensporig en weigerde. Hierop brak een tweejarige oorlog uit. De Geldersen trokken plunderend en brandstichtend door Brabant tot aan Eindhoven en namen Grave in. De Brabanders belegerden op hun beurt Roermond en plunderden het Land van Maas en Waal. Uiteindelijk kwam er vrede onder druk van de hertog van Bourgondië.

In een tijd van hoogspanning konden kleine incidenten grote gevolgen hebben.

Bronnen

Van Boendaele, J., Brabantsche yeesten II, 1432, vers 88. 

Arends, J.P., Algemeene geschiedenis des vaderlands, 1846, 392-394.

Noordzij, A., Gelre: dynastie, land en identiteit in de late middeleeuwen, 2009, 239.