Inheems Amerikaanse soldaat Frank Sayers in Eerde

Het oorlogsverhaal van een inheems Amerikaanse soldaat in Brabant

Soldaten uit het S2 Team, van links naar rechts Frank Sayers, Bill Canfield, Smokey Ladman, Ted Becker en Roland Wilbur. Foto is gemaakt in de achtertuin van de familie Kuijpers in Eerde (Foto: Mark Bando, Geronimo Museum, september 1944)

Soldaten uit het S2 Team, van links naar rechts Frank Sayers, Bill Canfield, Smokey Ladman, Ted Becker en Roland Wilbur. Foto is gemaakt in de achtertuin van de familie Kuijpers in Eerde (Foto: Mark Bando, Geronimo Museum, september 1944)

Alle rechten voorbehouden

Het leger dat Europa aan het einde van de Tweede Wereldoorlog bevrijdde was erg divers. Ook Brabant werd bevrijd door soldaten met veel verschillende nationaliteiten en culturele achtergronden, niet alleen Amerikaanse, Engelse en Canadese soldaten maar bijvoorbeeld ook Poolse en Afro-Amerikaanse soldaten.

Een groep bevrijders die tot nu toe nog weinig aandacht heeft gekregen zijn de inheemse Amerikanen, vroeger ook wel “Indianen” genoemd. Deze groep bestaat uit veel verschillende volkeren die al in Amerika woonden voordat de Europese kolonisten het land bereikten. Er vochten naar schatting 40.000 tot 50.000 inheemse Amerikanen mee in de Tweede Wereldoorlog. Dit artikel vertelt het oorlogsverhaal van Frank Sayers, één van deze inheemse soldaten, aan de hand van de herinneringen van soldaten die met hem vochten.

 

Het S2 Team

Op de bovenstaande foto zijn soldaten uit een speciale legereenheid te zien die in september 1944 in Eerde gestationeerd was. Dit S2 Team was een extra zwaar bewapende groep die verkenningen uitvoerde in vijandelijk gebied en ook Duitse soldaten krijgsgevangen nam en bestond uit 37 soldaten. Frank Sayers, links te zien op de foto, heeft volgens veteranen uit zijn team in zijn eentje een brug in de buurt van Veghel veroverd. 

In de omgeving van Eerde was in september 1944 hard gevochten. Er sneuvelden zestig militairen en negen burgers. Als onderdeel van Operatie Market Garden landde het 501ste Regiment van de 101ste Airborne Divisie op 17 september bij het dorp, het S2 Team was ook onderdeel van dit regiment. Door in zijn eentje een brug  te veroveren leverde Frank een significante bijdrage aan de bevrijding van Eerde.

Van links naar rechts Bill Canfield, onbekende broeder, Frank Sayers. Foto is gemaakt in de achtertuin van de familie Kuijpers in Eerde (Foto: Mark Bando, Geronimo Museum, september 1944)

Van links naar rechts Bill Canfield, onbekende broeder, Frank Sayers. Foto is gemaakt in de achtertuin van de familie Kuijpers in Eerde (Foto: Mark Bando, Geronimo Museum, september 1944)

Alle rechten voorbehouden

Voordat hij onderdeel was van het S2 Team werkte Frank Sayers als jachtgids in een groot natuurpark in de staat Minnesota. Hij was toen 27 jaar oud en getrouwd. Frank was niet dienstplichtig maar hij koos er toch voor om het leger in te gaan. Hij meldde zich aan voor het leger in de staat Indiana op 26 september 1942. Frank behoorde tot de Leech Lake tak van de Ojibwe Natie.

 

Amerikaanse assimilatiepolitiek

Wat opvalt aan Franks leger-inschrijving is dat hij, net als de meeste inheemse soldaten, geregistreerd staat met ras-code “White”. Sommige inheemse soldaten staan wel in de legerregistratie met “Native” (inheems) als ras-code. Wat de reden was voor Frank om zich als wit in te schrijven, is niet bekend. Het feit dat veel inheemse soldaten als wit geregistreerd stonden maakt het lastiger om de aantallen van deze groep in te schatten en om onderzoek naar hen te doen. Inheemse soldaten vochten, in tegenstelling tot Afro-Amerikanen die in strikt gescheiden van witte Amerikanen moesten dienen, samen met witte soldaten in dezelfde eenheden. Dit was onderdeel van de zogenoemde Amerikaanse assimilatiepolitiek. De Amerikaanse overheid dwong inheemse Amerikanen om afstand te doen van hun eigen taal en cultuur en zo veel mogelijk hetzelfde worden als witte Amerikanen. 

Veel inheemse Amerikanen zagen meevechten in de oorlog als een kans op een beter leven. De meeste inheemse mensen leefden in reservaten, dat zijn stukken grond die de regering als leefgebied voor hun had aangewezen. Soms was dit de plek waar zij al generaties lang leefden maar vaker was dit een andere plek waar de stam naartoe verjaagd was. 

In de afgelegen reservaten was meestal weinig werkgelegenheid, door het leger in te gaan zorgden inheemse soldaten voor een vast inkomen voor henzelf en hun families. In verhouding tot witte Amerikanen waren er dan ook zeer veel inheemse mensen die zich vrijwillig aanmelden bij het leger. Daarnaast hoopten inheemse soldaten dat ze na de oorlog meer rechten zouden krijgen met betrekking tot het eigendom van hun land en het uiten van hun cultuur. Het tegenovergestelde gebeurde, de Amerikaanse regering zag het feit dat inheemse soldaten zij-aan-zij hadden gevochten met witte soldaten als een teken dat de groep succesvol geassimileerd was. 

 

Vooroordelen of respect?

Naast de assimilatiepolitiek kregen inheemse soldaten vaak te maken met stereotypering. Over inheemse soldaten heersten vooral vooroordelen die in eerste instantie positief lijken maar die toch denigrerend zijn. Zo stonden inheemse soldaten bekend als bloeddorstige krijgers met superieure zintuigen waardoor ze de vijand van veraf konden ruiken. Door deze stereotypen werden zij vaak ingezet voor de gevaarlijkste opdrachten. 

Ook Frank werd onderdeel van een speciale eenheid die moest uitzoeken waar de vijand zich bevond, het is niet ondenkbaar dat zijn inheemse achtergrond hierbij een rol heeft gespeeld. Tevens komen veel vooroordelen naar voren in de getuigenissen van de soldaten waarmee Frank diende. Zo zou hij, volgens veteraan John Primerano, ’s nachts op pad zijn gegaan in vijandelijk gebied waarna hij terugkwam met scalpels (stukken huid) van Duitse soldaten. John Primerano vertelde ook dat Frank hem had beslopen terwijl hij wacht liep en zei “ik voel me niet veilig als jij wacht loopt”. In Franks S2 Team ging ook de roddel rond dat Frank behoorde tot de bloedlijn van de stamhoofden van de Ojibwe Natie, daarom kreeg hij de bijnaam “Chief Sayers” (opperhoofd Sayers). Deze bijnaam werd vaak gegeven aan inheemse soldaten. Of deze getuigenissen op waarheid berusten is niet meer na te gaan. 

Uit de getuigenissen van de soldaten over Frank is duidelijk te lezen dat zij respect voor hem hadden. Zo beschrijft veteraan Carl H. Cartledge Frank in zijn boek als “een lachende knappe krijger die we Chief noemden uit respect”. Hij roemt hem om de speciale wapentechniek die hij ontwikkelde. Hij leerde zichzelf tijdens de training om granaten af te vuren met een M-2 karabijn geweer, dat eigenlijk gemaakt was om kogels mee af te vuren. Op de eerste afbeelding in dit artikel zien we dat Frank een granaat op de loop van zijn geweer had bevestigd. Als het binnen zijn bereik lag kon Frank alles raken wat hij zag met zijn zelfgemaakte granatenkarabijn. Om die reden hadden alle soldaten van het S2 Team extra granaten aan hun benen gebonden tijdens de parachutesprong boven Eerde.

 

Inheemse symbolen in Brabant

De complexe relatie tussen het Amerikaanse leger en inheemse soldaten, met enerzijds stereotypering en anderzijds bewondering, is niet alleen terug te zien in de omgang met inheemse soldaten. Ondanks de koloniale onderdrukking en assimilatiepolitiek gericht tegen inheemse volkeren, hadden de witte Amerikanen ook een fascinatie voor deze inheemse culturen. 

Deze fascinatie zag je bijvoorbeeld in de emblemen van legereenheden, zo ook bij het regiment dat Eerde bevrijdde: op het embleem van het 501ste regiment staat Geronimo, de leider van de Apache natie, afgebeeld. Geronimo voerde in de negentiende eeuw meerdere oorlogen tegen witte Amerikanen. Op het embleem staat onder de parachute een inheemse man afgebeeld. Hij draagt een verentooi, dit is een symbool dat vaak gebruikt wordt om naar inheemse mensen te verwijzen. Daarnaast heeft Geronimo in het embleem een bliksemschicht boven zijn hoofd, wat doorgaans symbool staat voor een dappere krijger. Het regiment beeldde hem niet alleen af, maar gebruikte zijn naam ook als strijdkreet. 

Bijzonder aan deze fascinatie met inheemse cultuur van het leger is dat het door de aanwezigheid van de Amerikaanse soldaten ook terecht is gekomen. Het Geronimo embleem is groot afgebeeld op het monument voor het regiment in Eerde, en het museum in de Eerdse molen is naar Geronimo vernoemd. Zo is dit deel van Amerikaans inheemse geschiedenis opgenomen in de lokale Brabantse herinneringscultuur.

Geronimo monument Eerde ter nagedachtenis aan het 501ste regiment dat vlak bij de Eerdse molen landde op 17 september 1944. Dit regiment leverde bij Eerde een zware strijd om Hell’s Highway (de corridor van Eindhoven naar Nijmegen) open te houden (Foto: Airborne Comité Eerde)

Geronimo monument Eerde ter nagedachtenis aan het 501ste regiment dat vlak bij de Eerdse molen landde op 17 september 1944. Dit regiment leverde bij Eerde een zware strijd om Hell’s Highway (de corridor van Eindhoven naar Nijmegen) open te houden (Foto: Airborne Comité Eerde)

Alle rechten voorbehouden

 

Herinneringen aan Frank

Net als in Eerde worden op het Leech Lake reservaat van de Ojibwe Natie ook veteranen geëerd en herdacht. Het Veteranen Service departement van Leech Lake heeft, net als de meeste inheemse naties, een monument opgericht, de “Wall of Warriors” (Muur voor de Krijgers), het monument bevindt zich op het reservaat van de natie in Minnesota. Op deze muur staan alle namen van veteranen die bij de natie horen en uit het Leech Lake gebied komen, vanaf de Eerste Wereldoorlog tot nu. Veteranen hebben een belangrijke en eervolle plek in veel van de culturen van inheemse Amerikanen. De veteranen worden niet alleen op het monument geëerd, hun namen zijn ook toegankelijk via de webpagina van het Veteranen Services departement, daarop staat een lijst van de namen die op het monument staan. Daarin staat ook de naam van Frank Sayers, hieruit blijkt dat hij de oorlog overleefde en overleed in 1980. 

Frank Sayers was een van de vele inheemse Amerikaanse soldaten in de 101ste Airborne divisie die betrokken was bij de bevrijding van Brabant tijdens operatie Market Garden. In Eerde maar ook op andere plekken waar inheemse soldaten vochten zijn hun verhalen meestal onbekend gebleven. Franks verhaal laat de paradox zien van stereotypering en respect voor zijn bijzondere oorlogsprestaties. Zijn oorlogsverhaal werd verteld vanuit de getuigenissen van de soldaten met wie hij vocht waardoor we van hun perspectief afhankelijk zijn voor het verhaal van Frank. Helaas is het niet gelukt om ook mensen van de Leech Lake tak van de Ojibwe natie te spreken over Frank Sayers of de participatie van stamleden in de Tweede Wereldoorlog. 

Het is bijzonder dat zowel in Eerde als op het Leech Lake reservaat veteranen worden geëerd en herdacht. Frank Sayers en andere inheemse Amerikanen vochten tegen de Nazi's, en voor de vrijheid van Brabant en Europa, in de hoop dat dit hun inheemse naties meer vrijheid en autonomie zou brengen bij thuiskomst. Dit artikel vertelde het verhaal van een van hen met als doel deze groep een stukje erkenning te geven voor hun bijdrage aan de bevrijding van Brabant en hun complexe situatie te belichten.

 

Bronnen

Met dank aan Erwin Janssen, Geronimo Museum Eerde.

 

Crutchflied, W. Pathfinder. A Conversation with Buck Hilton. And other Historical Documents about Native American Veterans, Critical Press Media, 2009.

United States Department of the Interior - Office of Indian Affairs, Indians in the War, Haskell Printing Department, Chicago, 1945.

U.S. National Archives and Records Administration College Park MD, World War II Army Enlistment Records, Record Group 64, Frank Sayers, Army Serial Number 35495150. 

https://www.4en5mei.nl/oorlogsmonumenten/zoeken/1215/eerde-geronimo-monument (stand op 23 januari 2023).

https://www.llojibwe.org/tribalassistance/veterans.html (stand op 23 januari 2023).

https://www.llojibwe.org/tribalassistance/vetsDocs/vetsMemorial%20Wall.pdf (stand op 23 januari 2023).

 

Verantwoording woordgebruik

Bij het schrijven van dit artikel hebben we de publicatie Woorden doen ertoe door het Museum van Wereldculturen. Woorden die beledigend of discriminerend kunnen zijn, zijn tussen aanhalingstekens geplaatst. Echter is deze lijst voortdurend in beweging, en kunnen termen die op het moment dat het artikel werd gepubliceerd gangbaar en geaccepteerd waren later niet meer gepast zijn. Vragen over Words Matter? Laat het ons weten via het contactformulier